Josefien Rijk, winnares debatfinale NOB- jaarcongres

Tijdens het NOB-jaarcongres op 12 mei 2025 gingen Jitske Hoekstra, Josefien Rijk, Martijn van Dijk, Isa Pannekeet, Esther Kingma en Rick Emonds onder leiding van Dirk van Dorsselaer (Nederlands Debat Instituut) met elkaar in debat om de titel “Beste Debater van 2024”. Deze zes finalisten waren geselecteerd tijdens de Masterclass Argumenteren in de Beroepsopleiding Belastingadviseurs. Josefien Rijk kwam als winnaar uit de bus — zij wist zowel de vakjury als het publiek te overtuigen.

Kun je jezelf voorstellen?

Ik ben Josefien Rijk, 26 jaar, en woon in Leiden. Daar heb ik ook gestudeerd: ik heb de bachelors Rechtsgeleerdheid en Fiscaal Recht afgerond, waarna ik de master Fiscaal Recht heb gevolgd. Sinds een jaar werk ik fulltime bij EY in Den Haag. Ik begon er als werkstudent, werkte toen twee dagen per week naast mijn studie, en na mijn afstuderen ben ik blijven hangen.

Waarom heb je gekozen voor fiscaal recht?

Dat ging eigenlijk per toeval. Ik begon met Rechtsgeleerdheid en ontdekte pas tijdens het vak Inleiding Belastingrecht dat Fiscaal Recht ook een aparte studie was. Dat vak vond ik verrassend leuk. Omdat de studies veel overlap hadden, kon ik ze combineren. Dat heb ik geprobeerd — en met succes afgerond.

Waarom heb jij voor Fiscaal Recht gekozen?

Het eerste jaar van de rechtenstudie in Groningen is breed en oriënterend. Daarna kiezen studenten één van de zes afstudeerrichtingen, waaronder Fiscaal Recht. Tijdens dat eerste jaar werd een voorlichtingsbijeenkomst georganiseerd over de verschillende afstudeerrichtingen. Wat mij direct aansprak aan Fiscaal Recht was het dynamische karakter van het rechtsgebied: je moet voortdurend op de hoogte blijven van nieuwe wet- en regelgeving. Daarnaast heeft het een duidelijk politieke component, omdat belastingheffing een belangrijk beleidsinstrument is. Omdat ik naast rechten, ook econometrie studeerde, sprak ook het cijfermatige aspect me extra aan.

Gelukkig ben ik nog steeds erg blij met mijn keuze voor Fiscaal Recht. De studie heeft me een sterke inhoudelijke en analytische basis gegeven, en biedt goede baankansen en diverse carrièremogelijkheden.

Wat is je specialisatie binnen EY?

Ik heb nog geen vaste specialisatie; in de eerste drie jaar doe je van alles. Wel merk ik dat ik de corporate kant interessant vind — werken met bv’s bijvoorbeeld. Ook ben ik betrokken bij YES!Delft, een spin-off van de TU Delft die start-ups ondersteunt. EY sponsort dat, en ik adviseer namens EY start-ups bij allerlei vraagstukken. Dat vind ik heel leuk om te doen.

Hoe heb je de masterclass Argumenteren ervaren?

Heel leerzaam en leuk. Het was in een prachtig pand, alles goed geregeld. We waren met twaalf winnaars van eerdere debatwedstrijden — allemaal mensen met affiniteit voor debat, dus dat klikte meteen. Tijdens het diner die avond gingen we ook debatteren, met een glas wijn erbij. De argumenten werden misschien wat minder scherp, maar het was ontzettend gezellig en leuk.

Wat is de waarde van goed kunnen debatteren in je werk?

Het helpt om complexe informatie krachtig en helder over te brengen — of dat nu richting klanten is, of in discussies met de Belastingdienst. In ons vak is het belangrijk om je standpunt overtuigend te kunnen presenteren.

Tijdens de debatwedstrijd verdedigde je de stelling: ‘Belastingadviseurs moeten actiever zichtbaar zijn in het publieke maatschappelijke debat.’ Welke argumenten bracht jij naar voren?

We zien dat het vertrouwen in de overheid en instituties afneemt. Belastingadviseurs kunnen daar juist een verbindende rol in spelen: wij hebben de kennis én de taak om die begrijpelijk over te brengen. Dat helpt het draagvlak voor belastingheffing vergroten.

Bovendien leven we in een gepolariseerde tijd — denk aan Trump, de toeslagenaffaire, box 3 — waarin wantrouwen groeit. Dan is het belangrijk dat wij als deskundigen meer zichtbaar zijn.

Een tegenargument was dat het publieke debat een politiek aangelegenheid is, en dat wij daar niets te zoeken hebben. Maar wij zeiden: we hoeven geen politieke mening te geven, wél kunnen we feiten toelichten en duiden. Juist dat helpt het debat vooruit.

Wat zou je toekomstige deelnemers aan de debatwedstrijd willen meegeven?

Vooral: doe mee, het is ontzettend leuk! Laat je niet tegenhouden door wat anderen misschien denken. Ik kreeg juist veel positieve reacties. En tip voor de toekomstige deelnemers: maak gebruik van stijlfiguren, zoals een drieslag, dat blijft goed hangen bij het publiek. Want vaak gaat het niet zozeer om wat je zegt, maar hoe je het zegt.

Hoe kijk je terug op het jaarcongres?

Ik vond het erg interessant met een goed programma. En leuk detail: ik ben gevraagd voor de vakjury komend jaar, dus volgend jaar ben ik er weer bij!