Bericht van de Belastingdienst – Intermediairdagen Belastingdienst

Op de Intermediairdagen van de Belastingdienst worden intermediairs in één dag bijgepraat over de gevolgen van het Belastingplan voor hun dagelijkse praktijk. Daarnaast bieden deze jaarlijkse bijeenkomsten volop gelegenheid tot gesprekken over de waardevolle samenwerking met de Belastingdienst en hoe deze te verdiepen.

Fiscaal dienstverleners bezoeken jaarlijks verwachtingsvol en goed voorbereid de Intermediairdagen. “Alle actualiteiten over btw en loonbelasting kunnen we direct toepassen bij het opmaken van jaarrekeningen voor onze cliënten”, verwoordde accountant Hans van den Boom (Locht Financieel Advies) een algemeen doel van de dag. “Maar je verkrijgt ook heel specifieke kennis. Het besluit voor de inkomsten- en vennootschapsbelasting voor een geruisloze omzetting is een week oud, maar wordt vandaag verder geduid”, vertelde fiscaal specialist Michiel van den Nieuwelaar (Marbel Advies).

Ook fiscaal adviseur Martien Frenken vond het fijn om met specialisten van de Belastingdienst in gesprek te gaan, onder andere over de btw-vrijstelling voor schuldhulpverlening per 1 januari aanstaande. “In een persoonlijk gesprek op het Netwerkplein kun je in alle rust doorvragen over uitzonderingen voor de btw-brede vrijstelling bij dit beschermingsbewind. Zo kan ik de wetgeving naar mijn cliënten beter duiden.”

Individuele gesprekken over box3

Het onderwerp aanvullend rechtsherstel voor box 3 kreeg op de Intermediairdagen volop aandacht. Brent van der Hoog, strategisch adviseur voor het programma aanvullend herstel box 3 (Belastingdienst), vertelde over de waardevolle samenwerking met koepelorganisaties en fiscaal dienstverleners. “Voor ons allen is de Tegenbewijsregeling box 3 nieuwe materie. Signalen vanuit de markt over de inhoud van te versturen brieven of over inhoudelijke vragen en suggesties helpen ons bij het inrichten van het proces. Ook blijven we in gesprek via onze periodieke webinars en updates op het Forum Fiscaal Dienstverleners. Ontvangen informatie tijdens gesprekken op het Netwerkplein gebruiken we om het proces voor het aanvullend herstel nog beter te kunnen stroomlijnen”, benadrukte Van der Hoog het belang van continue kennisdeling en samenwerking.     

De kwalificatie van arbeidsrelaties kreeg tijdens de Intermediairdagen extra aandacht. Hoewel fiscaal dienstverleners reeds duidelijkheid hebben over de gevolgen van het Deliveroo- en Uber-arrest, het afschaffen van het handhavingsmoratorium en het vervallen van de zachte landing per 1 januari aanstaande, blijft het nieuwe belastingjaar hen ook uitdagingen geven over de beoordeling van het type dienstverband.

Holistisch afwegingskader

Tijdens de Intermediairdagen duidde Jean van Roij, vakgroepcoördinator Loonheffingen (MKB Zuidoost, Belastingdienst), de worstelingen voor intermediairs. “Met negen gezichtspunten van het Deliveroo-arrest kan het in de praktijk lastig zijn om holistisch tot een eenduidige afweging te komen voor beoordeling van een arbeidsrelatie. In beginsel hebben de gezichtspunten allen dezelfde waarde. Iedere arbeidsrelatie wordt namelijk op individuele aspecten, maar in onderlinge samenhang, beoordeeld.”

Via de fora Fiscaal Dienstverleners en Salaris zal de Belastingdienst fiscaal dienstverleners en salarisprofessionals actief blijven voeden en informatie vanuit de markt ophalen.

Onzekerheid voor toekomst

Mogelijke invoering van de wet VBAR of de zelfstandigenwet liggen op het bordje van de nieuwe Tweede Kamer. Dit is een wet die bij aanname in 2026 zo’n 177.500* zzp’ers treft. Bij de Wet VBAR geldt het rechtsvermoeden dat een opdrachtnemer bij een uurloon van € 36 richting de opdrachtgever het standpunt kan innemen dat er geen sprake is van een opdrachtovereenkomst, maar van een dienstbetrekking. De Belastingdienst kan zich hier niet op beroepen.

“Uit de reacties van de uitvoeringspraktijk maakt de Belastingdienst op dat ook met de nieuwe wetgeving en uitvoeringsregeling er nog niet de gewenste duidelijkheid is. Ontwikkelingen zullen we via de fora Salaris en Fiscaal Dienstverleners actief delen met de intermediaire doelgroepen”, benadrukt Van Roij. 

Verplichte e-facturering

Naast alle landelijke ontwikkelingen kwam ook de EU-regelgeving uitgebreid aan bod. De digitale rapportageverplichting per 1 juli 2030, als onderdeel van ‘VAT in the Digital Age’ (ViDA), is er daar een van. Deze verplicht ondernemers om onderling e-facturen te versturen bij intracommunautaire leveringen en per factuur een deel van de gegevens ook aanleveren bij de Belastingdienst. “De invoering van de digitale rapportageverplichting zal voor ondernemers impactvol zijn”, vertelde Peter Derksen, accountmanager bij het team Externe softwareontwikkelaars (OSWO) bij de Belastingdienst.

Proactieve houding vanuit de markt

De gesprekken over e-facturatie op het Netwerkplein stemden hem positief. “Heel mooi dat veel fiscaal dienstverleners al software gebruiken, waarmee hun cliënten nú al elektronisch kunnen factureren. Ondernemers kunnen afhankelijk van het gebruikte boekhoudpakket op een relatief simpele manier al overstappen op e-facturatie. Zie het vooral als kans om een nóg grotere efficiëntieslag te behalen.”

Daarnaast onderzoekt de Belastingdienst de impact van een mogelijk scenario waarbij ook binnenlandse transacties elektronische gefactureerd en gerapporteerd moeten gaan worden.

Wilt u tussen 8 – 10 dec. een online Intermediairdag bijwonen? Meld je hier aan.

BRON: Belastingdienst

Het laatste nieuws