Met fiscale economie zit je midden in de actualiteit

Waarom kiezen voor fiscale economie? Voor Ruud van den Dool, hoofddocent aan de Universiteit van Amsterdam, is het antwoord duidelijk: omdat het vak allesbehalve saai is. Fiscale economie raakt aan de kern van maatschappelijke discussies en biedt volop carrièremogelijkheden. In dit interview vertelt hij wat het vak inhoudt, hoe de studie eruitziet en waarom je als student écht iets hebt aan deze richting—zowel in de praktijk als in het publieke debat.

Kun je kort vertellen wie je bent en wat je doet?

Ik ben Ruud van den Dool, al sinds mijn afstuderen werkzaam als fiscaal econoom aan een andere universiteit. Sinds een jaar ben ik hoofddocent aan de Universiteit van Amsterdam, bij de sectie fiscale economie. Naast mijn universitaire werk heb ik altijd gewerkt als fiscalist. Ik hielp accountants- en belastingadvieskantoren met vaktechnische kwesties en procedures. Ook had ik een aantal cliënten met een aanzienlijk vermogen. Dus ik weet vanuit verschillende kanten wel wat er speelt in de praktijk. Het onderwijs geeft me na al die jaren nog altijd veel energie. Het is een geweldig vak.

Het onderwijs geeft me na al die jaren nog altijd veel energie. Het is een geweldig vak.

Wat maakt het vak fiscale economie voor jou zo interessant? En waar gaat het vak precies over?

Ik ben ooit fiscale economie gaan studeren omdat het een mooie combinatie is van recht en economie. Eerst overwoog ik rechten, maar uiteindelijk voel ik me als econoom het meest op mijn plek. Wat me boeit, is de impact die fiscaal beleid heeft op de maatschappij.

Denk aan de toeslagen, de heffingskortingen, de situatie waarin mensen minder overhouden als ze meer gaan werken. Of aan de DGA-heffing en de discussie of die slecht is voor familiebedrijven. Het vestigingsklimaat voor multinationals, de CO₂-heffing—allemaal onderwerpen die direct invloed hebben op bedrijven en mensen. Je kunt het vak op veel manieren toepassen: als adviseur, bij de Belastingdienst, in het bedrijfsleven. Je bent altijd verbonden met wat er speelt. En het is heel dynamisch. Geen dag is hetzelfde.

Dus saai is het zeker niet?

Nee, het is allesbehalve saai. Je kúnt het wel saai maken—als je je bijvoorbeeld alleen met de hondenbelasting bezighoudt. Maar het is een breed vak. Je kunt gemakkelijk van richting veranderen. Werkte je eerst jaren voor DGA’s, dan kun je bijvoorbeeld daarna overstappen naar loonheffingen. Of juist meer naar de omzetbelasting bewegen. Die ruimte is er volop, zeker in de MKB praktijk.

Wat zou je zeggen tegen een VWO’er die twijfelt tussen economie en rechten, net als jij vroeger?

Dat is persoonlijk, maar het helpt als je weet wat je leuk vindt. Voor mensen die zowel rechten als economie leuk vinden, is fiscale economie een hele mooie keuze. Fiscale economie is geen wiskundig vak, je hoeft niet bang te zijn voor zware wiskunde. Als je graag werkt met cijfers en bedrijfsprocessen, zou ik economie aanraden. Denk aan onderwerpen als transfer pricing of winstallocatie van multinationals. Dat zijn allemaal economische vraagstukken. Maar er zijn ook allerlei vraagstukken over waar we met de maatschappij naar toe willen of moeten. Hoe kan de fiscaliteit helpen om te vergroenen? Hoe gaan we om met de nieuwe economie en voorkomen we dat multinationals geen belasting meer betalen. Kortom, hoe richten wij ons fiscale systeem in. Wat is verstandig fiscaal beleid. En uiteraard leer je ook hoe de inkomsten- en vennootschapsbelasting in elkaar zitten. We sluiten immers nauw aan op die goede arbeidsmarkt.

Wil je rechter worden of advocaat, dan moet je rechten studeren. Daar heb je civiel effect voor nodig en dat krijg je niet met economie. Of je moet dit civiel effect nog extra halen. Gelukkig mag je in fiscale procedures ook als econoom naar de rechter; je hoeft daarvoor geen advocaat te zijn. De meeste onderdelen van de studies komen overeen, maar het accent ligt anders. Rechten is juridischer, fiscale economie richt zich op de toepassing van belastingrecht op economische situaties. In de praktijk werken juristen en economen vaak naast elkaar, maar voor het inzicht in bedrijfsprocessen is economie misschien een beter uitgangspunt.

Waar komen afgestudeerden van fiscale economie meestal terecht?

In het verleden gingen de meesten naar belastingadvieskantoren, mede omdat de Belastingdienst toen minder mensen aannam. Tegenwoordig zie je gelukkig ook weer meer instroom bij de Belastingdienst. Na een aantal jaar vind je alumni overal terug. Sommigen zijn CEO geworden van beursgenoteerde bedrijven, anderen werken als bedrijfsfiscalist, of zijn doorgestroomd naar topfuncties bij ministeries of onderzoeksinstellingen. Je kunt echt alle kanten op. Als econoom heb je misschien zelfs iets meer mogelijkheden dan als jurist.

Hoe ziet de studie eruit? Wat leren studenten en is er ruimte voor praktijkervaring?

Je begint met een brede propedeuse. Aan de UvA behandelen we bijvoorbeeld een casus over Uber, waarbij we vanuit verschillende economische disciplines kijken naar de nieuwe economie. Wij behandelen dan de fiscale aspecten: arbeidsmarkt, loonheffingen, e-commerce en dienstenallocatie. Anderen ethische kwesties of de impact op het milieu.

Stages zijn er formeel niet, maar de meeste studenten werken tijdens hun master al bij advieskantoren. Je doet dus praktijkervaring op, al telt dat niet mee als studiepunten. We denken er wel over na om daar iets mee te doen. De vakken richten zich op belastingrecht in het bedrijfsleven, en naarmate je verder komt, op internationale fiscaliteit: bronheffingen, transfer pricing en wat dat betekent voor het vestigingsklimaat.

De docenten zijn vrijwel allemaal ook actief in de praktijk, dus colleges zijn doorspekt met voorbeelden. Bij economie leggen we ook nadruk op de economische leerstukken zoals neutraliteit, vrij verkeer en duurzaamheid. ESG wordt steeds belangrijker. We hebben net een nieuw vak ontwikkeld over belastingheffing en technologie, waarin we ook ingaan op AI, ChatGPT en dergelijke.

Wat geeft jou energie in het onderwijs?

Als ik zie dat studenten enthousiast worden. Niet alleen luisteren naar theorie en regeltjes, maar echt betrokken raken. In het vak fiscaliteit en overheid gaan studenten aan het einde met elkaar in discussie: moeten we wel of geen erfbelasting hebben? Dan zie je dat ze de theorie snappen en daar hun mening mee onderbouwen. Dat is mooi om te zien.

Sommigen gaan daarna verder met het onderwerp, schrijven een artikel of passen het toe in hun werk. Wat ze doen maakt me niet zoveel uit, als ze maar enthousiast zijn over het vak. Fiscaliteit studeren omdat je er veel mee kunt verdienen is geen goed idee. Als je het vak niet leuk vindt, houd je het niet vol. Het is intensief. Maar als je er energie van krijgt, dan is het fantastisch.

Waar haken studenten op aan, merk je?

Als ze merken dat ze mogen meedenken, meepraten. Ik begin daar meteen mee: het gaat erom dat je weet wat de theorie is en dat je die kunt toepassen. Je mag alles zeggen, zolang je het maar kunt onderbouwen. En als er dan tijdens college discussies ontstaan, studenten elkaar proberen te overtuigen—dan weet ik: nu ben ik geslaagd met deze groep.

Is er iets wat je tot slot nog graag wilt benadrukken?

Ja, dat fiscale economie een ongelooflijk interessant vak is. Het is breed toepasbaar en je bent elke dag bezig met actuele thema’s. Of dat nou een bedrijfsovername is of een discussie in de politiek over het belastingstelsel van de toekomst. Met deze studie kun je overal aan de slag en heb je veel plezier in je werk.

En je bent maatschappelijk relevant?

Zeker. Dat is uiteindelijk waar het om draait. Belastingen zijn ook sturingsinstrumenten. Om mensen aan te moedigen meer te werken, te studeren, om bedrijven aan te trekken of juist af te remmen. Het gaat over de inrichting van de maatschappij—en het belastingstelsel speelt daarin een essentiële rol.


Fiscale economie studeren?

Dat kan in Nederland aan verschillende universiteiten, waaronder de Universiteit van Amsterdam, Tilburg University. In Rotterdam wordt de studie fiscale economie gestopt: alleen in 2025/2026 kunnen studenten daar nog instromen. Overal ligt de nadruk op de combinatie van economie, recht en de maatschappelijke rol van belastingen. Wat je er ook mee wilt: met fiscale economie zit je midden in de actualiteit en kun je alle kanten op.

Toch liever fiscaal recht studeren?

Dat kan natuurlijk ook. Fiscaal recht is juridischer van aard en richt zich bijvoorbeeld meer op echt juridische belastingen zoals de overdrachtsbelasting en de erfbelasting. De belastingen voor ondernemingen komen bij zowel economie als rechten aan de orde. Wil je bijvoorbeeld advocaat worden of werken bij de rechterlijke macht, dan is fiscaal recht de logische keuze. Ook deze opleiding wordt op meerdere universiteiten aangeboden, waaronder in Leiden, Nijmegen en Utrecht. Net als fiscale economie biedt het volop mogelijkheden voor een toekomst in een vakgebied dat er maatschappelijk toe doet.

Het laatste nieuws