Zaak met een luchtje 

Taaie strijd om aanslag rioolheffing  

Een Limburgse gemeente legt een woningcorporatie een aanslag rioolheffing op. Maar als ‘de vervuiler betaalt’ het uitgangspunt is, dan moeten toch de huurders de aanslag krijgen? Belastingadviseurs Peter van der Muur en Rogier Froentjes (EY) strijden negen jaar voor hun cliënt voordat ze bij de Hoge Raad gelijk krijgen. 

Het was ieder jaar weer een vervelende aangelegenheid voor de woningcorporatie: een aanslag rioolheffing van enkele tonnen. Als het bezwaarschrift bij de gemeente wordt ingediend, kan niemand nog bevroeden dat het een zaak van lange adem zal worden, een heel lange adem. Twee belastingadviseurs van EY, vestiging Groningen, worden erbij gehaald. ‘We keren dan alles binnenstebuiten om een opening voor onze klant te vinden’, zegt Peter van der Muur. Die werd in eerste instantie gevonden in de Europese Kaderrichtlijn Water, die uitgaat van het principe ‘de vervuiler betaalt’. Van der Muur vervolgt: ‘De huurder van een woning is als gebruiker de ‘vervuiler’. De eigenaar, de woningcorporatie zou dus geen rioolheffing hoeven te betalen.’  

We waren niet overtuigd door de uitspraak

Peter van der Muur (1967)  
Belastingadviseur, specialist heffingen Vastgoed & Milieu, EY  

Maar Van der Muur en zijn collega Rogier Froentjes gaan voor meer ankers liggen. Gemeenten hebben verschillende verordeningen over lokale belastingen. Bij de ene betaalt de corporatie geen rioolheffing en de gebruiker alles, bij de andere is het andersom of wordt gekozen voor een mix. ‘Als je aan zo’n zaak begint, is het nog een black box’, zegt Froentjes. ‘Daarom is het verstandig om meerdere grieven in te dienen, en die ga je allemaal afpellen. Zelfs op de vrijdagmiddagborrel hadden we het er nog over. Dat leverde vaak goede ideeën op.’  

Zoals: als de gemeente niet alle belastingplichtigen in de rioolheffing betrekt, dan kan er strijdigheid zijn met het gelijkheidsbeginsel. En: wordt de opbrengstlimiet niet overschreden? Een rioolheffing mag kostendekkend zijn, maar gemeenten mogen er niets aan verdienen. Van der Muur: ‘Het argument ‘de vervuiler betaalt’ vonden wij heel kansrijk. Daar gingen we helemaal voor.’ 

Rogier Froentjes (1981)  
Belastingadviseur, specialist heffingen Vastgoed & Milieu, EY  

We kregen negen jaar lang het vertrouwen van onze cliënt

Geen goed gevoel  
Maar na het verlaten van de zittingszaal, zowel bij de rechtbank Limburg als bij het gerechtshof Den Bosch, voelde het toch niet goed. Alle drie argumenten werden daar afgeschoten. ‘Maar we hadden een vierde grief: de bekendmaking van de verordening rioolheffing was niet meer te raadplegen. Het hof wees erop dat dit wel het geval was: kijk maar op overheid.nl, daar staat de verordening toch? Maar het ging niet om de verordening zelf, maar om de bekendmaking ervan, die was niet meer te vinden. Die moest volgens nieuwe wetgeving altijd beschikbaar blijven.’  

Ook daarvan waren beide adviseurs na de zitting niet overtuigd dat ze dat zouden winnen. ‘Onze indruk was, en dat merkten we ook in eerdere zaken, dat zo’n hof wel erg met de gemeente meegaat. Ook vonden we dat het hof het niet begreep. Het hof bleef maar praten over de verordening, maar het ging om de bekendmaking daarvan.’ Het viel toch zwaar tegen toen ook dit argument bij het hof verloren ging, zegt Van der Muur. ‘We waren ook niet overtuigd door de uitspraak. Het hof begrijpt ons niet of wil ons niet begrijpen. Wij lazen de wet heel anders. We dachten echt: het hof zoekt een uitweg door een wel heel ruime interpretatie van de wet.’  

Froentjes: ‘Heel frustrerend was het. Maar na zo’n tegenslag moet je wel verder. Peter en ik sporten graag en ook dit zagen we als een sport: proberen iets nieuws te ontdekken, er zit altijd wel iets in. Opnieuw gingen we met stofkam door de zaak heen. Vaak vind je dan iets wat je in eerste instantie niet goed zag.’  

Overwinning  
Bij de Hoge Raad werd niet meer ingezet op de opbrengstlimiet, wel op de Kaderrichtlijn Water, het gelijkheidsbeginsel en de bekendmaking van de verordening. Ook de hoogste belastingrechter zag geen strijdigheid met de Kaderrichtlijn, maar besliste wel dat de bekendmaking van de gemeentelijke verordening nog raadpleegbaar moest zijn. Nu dat niet het geval was, werd de verordening onverbindend verklaard, waarmee de grondslag van de rioolheffing verviel.  

‘Dat voelde als een overwinning’, zegt Froentjes. ‘Peter was op vakantie, maar ik heb hem direct gebeld.’ Van der Muur: ‘We waren in een euforische stemming, zeker als je bij andere instanties ongelijk hebt gekregen. Negen jaar hebben we de zaak uitgelegd aan rechters en eindelijk krijg je ze mee.’  

Ook de cliënt was opgelucht. ‘Van hem hebben we altijd het vertrouwen gehad. In elke fase van de procedure hebben we goed contact gehouden en de strategie toegelicht.’ En kwam er champagne op tafel? ‘Nou nee, hier in het noorden zijn we wat ingetogener’, lacht Froentjes. Van der Muur: ‘Deze zaak heeft wel geleerd dat je niet moet opgeven, steeds opnieuw door het dossier moet gaan en elkaar scherp zien te houden.’  

Jurisprudentie

ECLI:NL:RBLIM:2018:8057  
ECLI:NL:GHSHE:2020:226  
ECLI:NL:HR:2021:823  
ECLI:NL:HR:2017:3082  

 

Gerelateerd

Energie halen uit een gewonnen zaak  

De zaak van

Overtuigd dat we zouden winnen

De zaak van